Wat is samenwerken? Bij samenwerking gaat het om het vinden van een oplossing. Voor een kind betekent samenwerken dat hij of zij nadenkt over de eigen behoeften en deze vergelijkt met die van anderen. Door een gemeenschappelijk doel te willen bereiken, stimuleer je de samenwerking bij kinderen. Maar waarom is samenwerken belangrijk? Hoe stimuleer je dit? En hoe leert een kleuterleidster kinderen samenwerken?
Je leest er alles over in dit artikel.
Waarom is het belangrijk dat kinderen leren samenwerken?
Tegenwoordig zitten kinderen een groot deel van de dag passief achter de computer, tablet of ze kijken tv. Dit betekent dat jongeren onvoldoende worden gestimuleerd om sociale competenties te ontwikkelen, inclusief het vermogen om samen te werken.
Interactie en functioneren in sociale contexten zijn belangrijke vaardigheden. Kinderen moeten op de kleuterschool de kunst van samenwerken onder de knie krijgen en deze vervolgens toepassen op school, in het onderwijs, op het werk en in hun vrije tijd.
Door een goede samenwerking ontstaan synergetische effecten, sterke relaties en empathie tussen kinderen, en deze zijn cruciaal voor het ontwikkelen van zelfvertrouwen en cognitieve vaardigheden.
Hoe stimuleren we kinderen om samen te werken?
Samenwerken is een vaardigheid die kinderen moeten leren, oefenen en ontwikkelen. Om een activiteit van de grond te krijgen en te ontwikkelen, moeten de kinderen op de één of andere manier onderhandelen. Als een kind bijvoorbeeld een idee voor een spel naar voren brengt, reageren de andere kinderen door het idee te accepteren of af te wijzen, of door alternatieven aan te dragen op basis van het oorspronkelijke idee.
Volwassenen kunnen de speelmogelijkheden van de kinderen ondersteunen:
Maak samenwerken leuk
Het samenwerken kun je extra stimuleren met leuke en kleurrijke motorische materialen. Neem hiervoor zeker ook eens een kijkje in onze webshop. Ga naar ‘samenwerken’ en/of 'beweging, motoriek en coördinatie' om een selectie van duurzame en uitdagende materialen ter bevordering van het samenwerken te bekijken.
----------------------------------------------------------
Case samenwerking
Motoriek en beweging combineren
Kinderen leren samenwerken en elkaar beter helpen
Een kleuterleidster nam contact op en legde uit dat de kinderen in een grote groep de neiging hadden om "ieder voor zich" te zijn en dat er regelmatig conflicten waren in de garderobe. Ze vroeg of het mogelijk was om motoriek en beweging te combineren in een poging de kinderen te leren samenwerken en elkaar beter te helpen.
In een mum van tijd kwamen we op de voor de hand liggende keuze, namelijk het spel 'Verhuis naar een nieuw eiland' met hoepels. In dit spel moeten de kinderen samenwerken om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk kinderen zo lang mogelijk in het spel blijven, zonder dat ze eraf vallen.
Basis spelregels
Leg de hoepels verspreid over de vloer. Elke hoepel is een eiland. Er moet één hoepel minder zijn dan dat er kinderen zijn. Vraag de kinderen om van het ene eiland naar het andere te springen en zeg dat ze moeten samenwerken om ervoor te zorgen dat er zoveel mogelijk overleven.
Roept de spelleider tijdens het spel 'verplaatsen', dan moeten de kinderen naar een nieuw eiland springen. Als de kinderen dit een paar keer hebben geprobeerd, verwijdert de spelleider één hoepel. Doordat er geleidelijk aan steeds minder hoepels zijn, worden de uitdagingen groter, omdat de kinderen de ruimte binnen de hoepels moeten delen.
Uitbreiding (gevorderd niveau)
Wil je het spel 'Verhuis naar een nieuw eiland' verder uitbreiden? Maak het wat uitdagender met Build 'N Balance elementen. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld het 24-delige Build 'N Balance parcours.
De spelleider zet de Build N' Balance® materialen in een cirkel. De kinderen staan op de planken. Laat de kinderen over de planken lopen. De spelleider verwijdert één element tegelijk, zodat de circel geleidelijk kleiner wordt. Nu moeten de kinderen samenwerken om zoveel mogelijk kinderen op het kortere parcours te houden.
Let op! Sommige kinderen vinden het moeilijk om ruimte en richting te beoordelen. Als dit het geval is, begin dan met het leggen van alleen de planken op de vloer. Oefen het spel en introduceer de gele of rode toppen. Naarmate je de hoogte van het parcours geleidelijk aan verhoogt, pas je het spel effectief aan, aan de functionele capaciteit van de kinderen. Als alternatief kun je de elementen van de Gonge Rivierstenen en en de Rivieren Loopbaan gebruiken.
Gedurende een aantal weken werden bovenstaande oefeningen herhaald. De eerste keer merkten we dat de kinderen voor zichzelf opkwamen. Ze sprongen van het ene eiland naar het andere zonder op elkaar te letten. Ze sprongen, duwden elkaar er vanaf of lande tegelijkertijd op het ene eiland, waardoor beide kinderen werden geëlimineerd. Ze hadden de neiging om met hun rug naar elkaar toe te staan en tegen elkaar te duwen uit angst om uit het spel te worden geslagen.
Na een paar spelletjes merkten we dat de kinderen aanzienlijke vooruitgang hadden geboekt. Nu spraken ze over hoe ze zouden springen en als een kind wiebelde bij de landing, zouden de andere kinderen hun hand uitstrekken om hun buddy te stabiliseren. Ze stonden niet langer rug aan rug, maar tegenover elkaar in de hoelahoep en waren daardoor in staat om elkaars signalen te lezen, met elkaar te praten en elkaar vast te houden. Uiteindelijk slaagden ze erin om samen te werken zodat er ruimte genoeg was voor allemaal.